adviezen > stimulering hybride werken is kans voor de regio’s

Advies: Stimulering hybride werken is kans voor de regio’s

De landelijke SER had de regionale SER’en gevraagd om input voor zijn advies aan het Kabinet over de toekomst van het hybride werken na de coronacrisis.

Stimulering hybride werken is kans voor de regio’s

Het faciliteren van het hybride werken door de Rijksoverheid draagt bij aan een betere spreiding van wonen en werken over Nederland. Enerzijds zal dit leiden tot minder druk en congestie in de Randstad. Anderzijds zorgt het voor een boost van de vitaliteit en leefbaarheid van de gebieden buiten de Randstad. Vooral regio’s met een stagnerende bevolkingsontwikkeling kunnen profijt trekken van het meer hybride werken. Daarvoor is wel nodig dat er in deze gebieden onder andere (meer) woningen gebouwd kunnen gaan worden, die aansluiten bij de woonwensen van deze nieuwkomers. Dat is één van de adviezen van de regionale SER’en van Noord-Brabant, Noord-Nederland, Overijssel en Zeeland in een brief van begin dit jaar aan de landelijke SER.

 

Landelijke SER wijst op kansen voor de regio’s van het hybride werken

De landelijke SER had de regionale SER’en gevraagd om input voor zijn advies aan het Kabinet over de toekomst van het hybride werken na de coronacrisis. Onder “hybride werken” wordt verstaan plaats- en tijdonafhankelijk werken, zoals de combinatie van het werken op kantoor/op het bedrijf, het thuiswerken en het werken op gedeelde kantoren in de nabijheid van de woning (een zgn. hub). In hun brief zijn de regionale SER’en vooral ingegaan op de kansen, die het hybride werken kan hebben voor de regio’s buiten de Randstad. Inmiddels (op 1 april jl.) is het betreffende advies van de landelijke SER aan het Kabinet uitgebracht, zie hier het document. Veel van de aanbevelingen van de regionale SER’en worden in dit advies overgenomen. Concreet adviseert de landelijke SER aan het Kabinet om onder andere de samenwerking met de regio’s te intensiveren, opdat hybride werken een plaats kan krijgen in de regiodeals. Verder adviseert de raad om in overleg met de regio’s te werken aan een verdere uitbouw van een betrouwbare digitale infrastructuur in alle regio’s. Jouke van Dijk, voorzitter van SER Noord-Nederland, is het hier zeer mee eens, maar volgens hem is er meer dan alleen de digitale infrastructuur die uitgebouwd moet worden. Jouke van Dijk: "Voor Noord-Nederland is het eveneens van groot belang dat er nieuwe spoorverbindingen worden aangelegd, zoals de Lelylijn en de Nedersaksenlijn. Het is een goede zaak dat in het regeerakkoord de Lelylijn wordt genoemd en er rijksmiddelen voor worden vrijgemaakt. Bovendien kunnen deze nieuwe verbindingen ook bijdragen aan het vergroten van het binnenlandstoerisme in het Noorden."

 

Flankerend beleid is nodig om de kansen te verzilveren

De regionale SER’en zijn gematigd positief over de effecten van het hybride werken voor hun regio’s. Het (meer) hybride werken maakt het voor afgestudeerde jongeren mogelijk om terug te keren naar hun geboortestreek en elders (bijv. in de Randstad) te werken. Voor jonge gezinnen, die de congestie en de druk in de Randstad beu zijn en op zoek zijn naar een veilige en rustige omgeving voor hun kinderen, kan het (meer) hybride werken soelaas bieden. Maar ook voor vitale 50-plussers, waarvoor het eind van hun werkzame leven in zicht is, biedt het hybride werken de mogelijkheid om buiten de Randstad te gaan wonen. De regionale SER’en merken echter wel op dat de ervaringen nog te beperkt en te kort zijn om een gefundeerde opvatting hierover te hebben. Wel plaatsen de regionale SER’en een kritische kanttekening bij een groeiende instroom van nieuwe inwoners in hun regio’s. Zonder een goed flankerend beleid in de zin van bijvoorbeeld voldoende beschikbaarheid van passende woningen voor deze nieuwkomers, zal de prijs van woningen nog verder oplopen en wordt het voor starters op de woningmarkt nog lastiger om een betaalbare woning te vinden. Ook zijn investeringen in publieke voorzieningen en in een veilige en gezonde leefomgeving nodig om de aantrekkelijkheid te vergroten. Jouke van Dijk wijst in dit verband op het Deltaplan Noord-Nederland, waarin naast de noodzaak van de Lelylijn ook de bouw van veel extra woningen wordt bepleit.

 

 

 

Goede (digitale) ontsluiting van de regio’s is een kans voor het hybride werken 

In de brief aan de landelijke SER benadrukken de regionale SER’en dat in zijn algemeenheid de voorwaarden in de regio’s om meer hybride te gaan werken aanwezig zijn. De meeste regio’s zijn in de regel goed ontsloten en bereikbaar met de auto en het openbaar vervoer, zodat de reistijd van en naar de Randstad alleszins acceptabel is, hoewel voor Noord-Nederland er in de verbetering van de spoorverbindingen nog veel winst valt te halen. Ook beschikken de regio’s buiten de Randstad grotendeels over een adequate glasvezelinfrastructuur. Hierdoor is het werken op afstand heel goed mogelijk. Daarbij komt dat als meer werknemers (meer) hybride gaan werken, het woon-werkverkeer afneemt, hetgeen leidt tot minder files en minder overvolle treinen. De economische schade van filevorming wordt daardoor aanmerkelijk minder. Jouke van Dijk: "Er zijn in de buitengebieden nog steeds delen niet ontsloten met glasvezel, het is van belang dat deze zogenaamde witte gebieden ook zo snel mogelijk van glasvezel worden voorzien."

 

 




Commissieleden

Jouke van Dijk

Voorzitter SER Noord-Nederland